Interview zorgvrager 

  1. Kunt u vertellen hoe het is gebeurd dat u in het ziekenhuis terecht kwam?

Ik heb kinkhoest gekregen. Het hebben van kinkhoest is er vermoeiend want je kunt niet slapen. Hierdoor ben je vatbaarder voor andere ziektes. Om het hoesten tegen te gaan gebruikte ik medicatie. Uiteindelijk heb ik toen een acute bronchitis ontwikkelt. Hiervoor ben ik toen met spoed opgenomen in het ziekenhuis.  

  1. Hoelang heeft u in het ziekenhuis gelegen?

Ik heb 1 week in het ziekenhuis gelegen.

  1. Wat vindt u dat mensen die in de zorg gaan werken moeten leren?

Dat ze duidelijk uitleggen hoe medicatie gebruikt moet worden omdat het gebruiken van een pufje niet voor iedereen vanzelfsprekend is.

  1. Had de verpleegkundige zich voorgesteld voordat ze u begon te verzorgen?

Ja, ze had zich netjes voorgesteld.

  1. Had ze u met de achternaam genoemd of met de voornaam?

Met de achternaam.

  1. Vond u dat u fijn benaderd werd door de verpleegkundige?

Meestal wel maar niet altijd. Ze gingen er soms vanuit dat je wel wist hoe al die dingen werken op de longafdeling terwijl dit helemaal niet vanzelfsprekend is als je hier voor de eerste keer met spoed terecht komt.

  1. Zagen de verpleegkundige er verzorgd en netjes uit?

De meeste wel maar niet allemaal. Een verpleegkundige met sigaretten in het borstzakje van het uniform vind ik niet echt passen op de longafdeling.

  1. Legde de verpleegkundige uit wat ze ging doen en wat er dus ging gebeuren?

De meeste wel maar niet allemaal. Soms moest ik vragen hoe ik iets moest doen.

  1. Als u om uitleg vroeg van de verpleegkundige gaf ze u dan een goed en uitgebreid antwoord zodat u het daarna wel begreep?

Aan mij wel, maar ik vond dat ze aan de ouderen mensen meer aandacht moesten besteden.

  1. Welke handelingen denkt u dat een goede verpleegkundige zeker moet kunnen in u geval?

Duidelijke uitleg over de medicijnen (pufjes).

  1. Konden uw verpleegkundigen de handelingen die u denkt dat nodig zijn goed uitvoeren of waren er toch een paar handelingen die niet goed of bijna goed werden uitgevoerd?

Ik vond dat de uitleg vooral aan ouderen mensen beter zou kunnen.

Interview mantelzorger

  1. Voor wie bent u een mantelzorger geweest?

Voor mijn echtgenoot.

  1. Waardoor werd u een mantelzorger? Een ongeval, ziekte etc.

Een ziekte, mijn echtgenoot had een hersentumor. Op een gegeven moment krijg je diverse problemen, het begon met epilepsie en spraakstoornissen hierdoor kwamen we erachter dat er een hersentumor was. Deze is toen behandeld met chemotherapie en bestraling. Deze behandeling had veel invloed op het dagelijks leven. Vooral het korte termijn geheugen werd minder, het strak bijhouden van een agenda kan dit wel oplossen. Ook werd het denkproces vertraagd. Dit zijn lastige problemen want je kunt ze aan de buitenkant niet zien, er is weinig begrip voor en daar wordt soms misbruik van gemaakt. Daarnaast is vermoeidheid ook een heel lastig probleem. Na verloop van tijd is de tumor weer terug gekomen. Opnieuw werd gestart met bestraling toen dit niet hielp is opnieuw chemotherapie gestart. Ook dit heeft niet geholpen. Er kwamen steeds meer problemen. Geheugen, spraak en problemen met de mobiliteit. Uiteindelijk was mijn man terminaal.

  1. Hoelang bent u een mantelzorger geweest?

3,5 jaar

  1. Wat waren vooral u taken als mantelzorger?

Meegaan naar doktersafspraken, medicijnen halen, zorgen dat de medicijnen op tijd werden ingenomen, oplossingen bedenken voor problemen met het korte termijn geheugen, helpen met aan en uitkleden, helpen met uit bed gaan en uiteindelijk de volledige terminale zorg.

  1. Kon u naast het zorgen voor man ook nog werken?

In de beginperiode wel op het laatst natuurlijk niet meer.

  1. Moest u naast het zorgen voor de zorgvrager ook nog zorgen voor u gezin?

Ja, ik heb 3 kinderen.

  1. Waren er mensen die u hielpen met de mantelzorg?

Ja, mijn schoonvader en mijn moeder.

  1. Waren er ook connecties waar u op terug kon vallen als het even niet lukte? Denk hierbij aan verpleegkundige of dokters?

Dit is niet aan de orde geweest. Wel had ik gezorgd dat ik in geval van nood altijd iemand kon bereiken om mijn vraag op dat moment te beantwoorden.

  1. Wat vind u dat mensen in de zorg moeten leren?

Goed observeren en heel goed letten op wat de mensen/patiënten niet zeggen.

  1. Vond u het soms vermoeiend om een mantelzorger te zijn?

Soms wel maar meestal niet.

Interview verpleegkundige

  1. In wat voor instelling werkt u?

Ik werk in een verpleeghuis op een psychogeriatrische afdeling (pg) waar mensen wonen in een beschermende woonvorm.

  1. Welke opleiding heeft u gedaan?

Bol verzorgende IG niveau 3

  1. Waarom heeft u de verpleegkundige opleiding niet gedaan?

Omdat ik meer geïnteresseerd bent in het stukje gedrag in de dementiezorg dan in de medische kant.

  1. Wat voor ziektebeelden komt u vooral tegen?

Alzheimer Lewy body dementie, vasculaire dementie en fronto-temporale dementie en Korsakov. Parkinson en diabetes

  1. Wat vind u het leukste in uw beroep?

Puur, echt en liefdevol contact tussen mens en mens waarbij boosheid, angst en verdriet er ook mag zijn. De veiligheid en vertrouwen kunnen bieden aan mensen die daar op zoek naar zijn. Een zorgvrager die mij mee neemt in zijn of haar beleving, en samen met mij wil zijn.

  1. Welke dingen vind u dat de verpleegkundigen van deze tijd zeker moeten leren?

Extra verdieping in ziektebeelden en kennis over verpleegtechnische handelingen die niet vaak voorkomen in het verpleeghuis.

  1. Hoe ervaart u de onregelmatige werktijden?

Wel prettig omdat je werkt soms maar tot 3 en daarna heb je echt nog iets aan je dag.

  1. Welke zorgsituaties vind u het leukste?

Complexe zorgsituaties waarbij gedragsproblematiek komt kijken.

  1. Hoe gebeurd de overdracht?

Mondeling en via rapportages bij de overdracht

  1. Heeft u nog een gouden tip voor mij als dat ik begin met mijn stage?

Blijf dicht bij je zelf en rustig maar vooral wat er ook gebeurt blijf ademen